Damstede Lyceum

2. De bovenbouw Met de bovenbouw wordt bedoeld de leerjaren 4, 5 en op het vwo ook leerjaar 6. Vier keer per jaar wordt er in de bovenbouw een toetsweek georganiseerd, met uitzondering van het examenjaar. In het examenjaar zijn er drie toetsweken en een landelijk centraal examen. In de toetsweken worden er schoolexamentoetsen (SEtoetsen) en voortgangstoetsen (V-toetsen) afgenomen. De SE’s zijn toetsen over grote hoeveelheden stof waarvan het cijfer meetelt voor je eindcijfer. Uiteindelijk doe je voor zeven (havo) of acht (vwo) vakken het Centraal Examen (CE). Het eindcijfer van een vak is het gemiddelde van je SE’s en je CE, waarbij beide cijfers voor de helft meetellen. De voortgangstoetsen tellen mee voor de overgang naar het volgende leerjaar. In het PTA (Programma van Toetsing en Afsluiting) is de samenstelling van het SE per vak vastgelegd. Naast de door jou gekozen profielvakken krijg je in havo 4 ook CKV (Culturele Kunstzinnige Vormgeving) en maatschappijleer. Op het vwo is dit verdeeld over twee leerjaren. In 4 vwo volg je CKV en in 5 vwo krijg je maatschappijleer. De cijfers voor CKV, maatschappijleer en je profielwerkstuk (in het examenjaar) vormen samen het combinatiecijfer. Ter voorbereiding op een vervolgstudie werk je in de bovenbouw met studiewijzers. Deze zijn terug te vinden in Magister. In deze studiewijzers lees je wat er in een bepaalde periode van je wordt verwacht. Door te werken met studiewijzers leer je op een zelfstandiger manier werken. Dit is nodig voor een goede aansluiting bij de werkwijze in een vervolgstudie aan hoger- en wetenschappelijk onderwijs.

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=