Brabant Water

Impact oorlog Oekraïne en COVID De oorlog in Oekraïne heeft wereldwijd geleid tot stijging van energieprijzen. In 2022 is de impact daarvan voor Brabant Water relatief gering geweest vanwege het nog lopende energiecontract zodat de door ons betaalde energietarieven voor 2022 niet zijn beïnvloed. In 2023 stijgen de energietarieven daarentegen zeer sterk. Als gevolg van de stijgende inflatie, die sterk beïnvloed is door de stijgende energiekosten, maar ook door stijgende grondstofprijzen zijn de externe kosten eveneens gestegen. Met name chemicaliën en materialen als pvc en staal werden fors duurder. Aan de omzetkant heeft de energiecrisis zich ook gemanifesteerd. Door de hoge gasprijzen namen huishoudens minder water af doordat ze korter of minder vaak gingen douchen. De impact hiervan wordt geschat op circa 2 miljoen euro. De impact van COVID is evenals in 2021 in financiële zin zeer beperkt gebleven. Het heeft enkel tot iets lagere kosten geleid in de vorm van het niet doorgaan van recepties en grotere bijeenkomsten. Omdat de beperkingen in het vroege voorjaar zijn opgeheven is ook het effect op de bedrijfsvoering in 2022 beperkt gebleven. Financiële instrumenten Onder financiële instrumenten worden zowel primaire financiële instrumenten (zoals vorderingen en schulden) als financiële derivaten verstaan. In de toelichting op de onderscheiden posten van de balans wordt de reële waarde van het betreffende instrument toegelicht indien die afwijkt van de boekwaarde. Indien het financiële instrument niet in de balans is opgenomen wordt de informatie over de reële waarde gegeven in de “Toelichting niet uit de balans blijkende verplichtingen”. Voor de grondslagen van primaire financiële instrumenten wordt verwezen naar de behandeling per balanspost. In het treasurystatuut staan de kaders benoemd omtrent het beheersen van risico’s. In het vigerende statuut is het gebruik van renteafschermende instrumenten toegestaan ter beheersing van het renterisico op zekere kasstromen. Er mag geen gebruik worden gemaakt van financiële instrumenten waarbij een open positie wordt aangegaan. Met andere woorden: de eventuele verliezen moeten altijd gelimiteerd zijn. Er zijn door Brabant Water NV momenteel geen derivaten afgesloten. Grondslagen voor de waardering van activa en passiva Immateriële vaste activa De immateriële vaste activa worden gewaardeerd op het bedrag van de kosten verminderd met de cumulatieve afschrijving en indien van toepassing met bijzondere waardeverminderingen. De jaarlijkse afschrijvingen bedragen een vast percentage van de bestede kosten, zoals nader in de toelichting op de balans is gespecificeerd. De economische levensduur en de afschrijvingsmethode worden aan het einde van elk boekjaar opnieuw beoordeeld. De geactiveerde goodwill samenhangende met de overname van de NV Tilburgsche WaterleidingMaatschappij wordt afgeschreven in twintig jaar. Geactiveerde software wordt afgeschreven in een periode die gelijk is aan de periode waarvoor het onderhoud aan de software is gecontracteerd. Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd op verkrijgingsprijs of vervaardigingsprijs verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en indien van toepassing met bijzondere waardeverminderingen. De afschrijvingen worden gebaseerd op de geschatte economische levensduur en worden berekend op basis van een vast percentage van de verkrijgingsprijs of vervaardigingsprijs, rekening houdend met een eventuele residuwaarde. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikneming. Op terreinen wordt niet afgeschreven. De materiële vaste activa waarvan de vennootschap en haar groepsmaatschappijen krachtens een financiële leaseovereenkomst het economisch eigendom hebben, worden geactiveerd. De uit de financiële leaseovereenkomst voortkomende verplichting wordt als schuld verantwoord. Materiële vaste activa in aanbouw worden gewaardeerd tegen vervaardigingsprijs en indien van toepassing verminderd met bijzondere waardeverminderingen. De vervaardigingsprijs bestaat uit materiaalkosten, directe arbeidskosten en een toerekenbaar deel van de indirecte productiekosten. De kosten die samenhangen met verplichtingen inzake de ontmanteling en verwijdering van distributie- en transportleidingen en het herstel van de terreinen bij de productielocaties zijn opgenomen onder de post voorzieningen aan de passiefzijde van de balans. Kosten voor groot onderhoud worden geactiveerd volgens de componentenmethode. De toegepaste afschrijvingstermijnen zijn: Technische gebouwen 45 jaar Reinwaterkelders 90 jaar Kantoorgebouwen 40 jaar Terreinvoorzieningen 15 jaar Leidingen en kabels op terreinen 60 jaar Machines en installaties 3-30 jaar KWO-installaties 20-30 jaar Industriewaterinstallaties 3-30 jaar Transport- en distributieleidingen niet AC 90 jaar Transport- en distributieleidingen AC 60 jaar Telecommunicatiekabels 33 jaar Watermeters 15 jaar Aansluitleidingen 33 jaar Inrichting, inventaris en computerapparatuur 3-5 jaar Transportmiddelen 4-6 jaar Terreinen en niet gebonden activa Op deze activa wordt niet afgeschreven

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=