Stadlander

Hoeveel woningen zijn er over tien, vijftien jaar nodig? Waar moeten ze staan? Wie zijn de huurders van de toekomst en in wat voor typen woningen willen ze wonen? Allemaal vragen waarmee portefeuillemanager Erik zich bezighoudt bij Stadlander. “Als woningcorporatie heb je te maken met de korte termijn én met de lange termijn. Op de korte termijn huisvest je de huidige woningzoekenden. Je weet hoeveel mensen zich hebben ingeschreven als woningzoekende en je weet bijvoorbeeld ook hoelang ze aan het zoeken zijn.” “Maar”, vervolgt Erik, “We maken ook een inschatting van de situatie over tien, vijftien jaar, of nog langer. We moeten ook zorgen voor voldoende én passende woningen voor de woningzoekenden van de toekomst.” Behoefte De vraag is dan op welke manier je te weten komt hoe de vraag zich gaat ontwikkelen. Erik: “We laten elke drie jaar een woningmarktonderzoek uitvoeren. Daaruit komt naar voren hoe de behoefte eruitziet als het om wonen gaat. Daar betrekken we bijvoorbeeld de veranderingen in de samenstelling van de bevolking bij. En de economische vooruitzichten. Daaruit kun je afleiden hoe de vraag naar sociale huurwoningen, middenhuur en koop zich ontwikkelt.” Van minder naar meer Soms moeten we dat toekomstbeeld ook bijstellen, geeft Erik toe. Zo zag het er een paar jaar geleden nog naar uit dat de vraag naar het aantal sociale huurwoningen zou afnemen. Maar nu is de inschatting dat er juist méér woningen nodig zijn. Niet voor niets is onze ambitie om rond het jaar 2033 zo’n 1250 woningen extra beschikbaar te hebben. De portefeuillemanager bepaalt deze ambitie niet alleen. “Ik doe dit met collega’s, want er zijn drie invalshoeken als we het over bouwen – en ook slopen, verkopen en verduurzamen – hebben: financieel, vastgoed en maatschappelijk. Samen weeg je de belangen af, zoek je de balans en maak je keuzes voor de korte en lange termijn.” Nu inspelen op de woonvraag van later “We willen 1250 extra woningen bijbouwen” 11

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=