Sepsis alarmboek

10 11 ‘MAAR VAN SEPSIS HAD IK NIET EERDER GEHOORD.’ Omdat het ziekenhuis té vol ligt word ik door een ambulance overgebracht naar een ander ziekenhuis naar de acute zorg afdeling. Daar herkent de arts-assistent direct wat er met me aan de hand is wanneer ze mijn rode tong, handen, knieën en voeten ziet. Ze aarzelt geen moment en spreekt de verdenking “streptokokkeninfectie” uit. Ik schrik. Immers: het enige voorbeeld van een streptokokkeninfectie is de besmetting waardoor eerder een dierbaar familielid zo plotseling is overleden. Ik vraag dan ook de artsassistent om mij gerust te stellen, maar dat kan ze niet. Ze vertelt me dat meer dan de helft van de patiënten in mijn situatie de infectie niet overleven, en dat de aankomende 24-uur, met name de nacht, kritiek zal zijn. Iedere minuut hierover praten zonder de behandeling te starten maakt mijn overlevingskansen kleiner. Ze komt dan ook meteen in actie: ik krijg de juiste antibiotica rechtstreeks in mijn bloedbaan, liters vocht toegediend om mijn bloeddruk omhoog te krijgen en zuurstof toegediend via een slangetje. Die nacht neem ik via de telefoon afscheid van mijn man, mijn ouders en mijn zus en zwager. Op mijn telefoon typ ik een afscheidsbericht aan mijn nog jonge kinderen. Voor mijn ogen wordt het zwart. In de nacht hoor ik de verpleegkundige bellen met de arts naast mijn bed, mijn bloeddruk wordt steeds lager en ze knokken voor mijn leven. In mijn delier stap ik weer in de achtbaan, terwijl naast mij een bruine beer en een jarige zebra slapen. Mijn ziekenhuiskamer is in mijn hoofd veranderd in een grote balzaal, op de muur lopen roze suikerspinnen en in de ziekenhuisgangen klinkt harde dansmuziek. Tot ik in de ochtend wakker word. Ik heb het gehaald. Pas op de dag dat ik het ziekenhuis mocht verlaten werd mij verteld dat ik sepsis had doorgemaakt. De sepsis was een reactie op de streptokokkenbacterie. Mijn man en ik hadden hier nooit eerder van gehoord, en we hadden ook geen idee wat de alarmsignalen hiervan zijn. De alarmsignalen die ik allemaal heb gehad werden ook niet herkend door mijn huisarts. De impact van de infectie en de sepsis is enorm geweest, het heeft mijn leven veranderd en het heeft bijna mijn leven gekost. Allereerst heb ik lang moeten herstellen, had ik enorme spierzwakte, viel een deel van mijn haar uit en verloor ik de huid van mijn handen en voeten. Nu, anderhalf jaar later, ben ik goed opgekrabbeld. Ik heb mijn werk als Tweede Kamerlid 4 maanden na de infectie weer kunnen oppakken en ik koester mijn gezondheid. Ik ben mijn man en de artsen in het ziekenhuis oneindig dankbaar voor hun alertheid en snelle handelen, en het redden van mijn leven. Mijn man belt opnieuw de huisarts, ditmaal in tranen. De huisarts besluit in de middag opnieuw een huisbezoek af te leggen en na aandringen van mijn man word ik doorverwezen; mijn man brengt mij naar de spoedpost van het ziekenhuis. Zittend op de traptreden helpt hij mij trede voor trede naar beneden. In het ziekenhuis word ik direct in een kamer in isolatie gebracht en gaat de arts op de spoedpost geroutineerd te werk: mijn bloeddruk is erg laag, mijn hartslag is erg hoog en ook de hoeveelheid zuurstof in mijn bloed is erg laag, slechts 73%. Ook mijn organen, zoals mijn lever, hebben het zwaar. De infectiewaarde (CRP) van mijn bloed is torenhoog, waar een score van hoger dan 10 een infectie aangeeft, is mijn waarde torenhoog: 485. Een hoge ontstekingswaarde is een belangrijke indicator voor sepsis, het kan met een vingerprikje binnen 5 minuten (zelfs bij de huisarts) gemeten worden. Het is de arts in het ziekenhuis meteen duidelijk dat het niet goed met mij gaat. In het dossier schrijft hij op: ‘SEPSIS’.

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=