2024 2028 BELEIDSPLAN NVMDL NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAAG-DARM-LEVERARTSEN
BELEIDSPLAN NVMDL 2024 - 2028 2 Inleiding 3 1. Patiënt en dokter 4 2. Kwaliteit van zorg 5 3. Preventie en gezondheid 8 4. Wetenschap en Innovatie 10 5. De gezonde dokter: 12 van opleiding tot arbeidsmarkt Inhoud
BELEIDSPLAN NVMDL 2024 - 2028 3 Inleiding Voor u ligt het beleidsplan van de Nederlandse Vereniging van Maag-. Darm-, Leverartsen voor de jaren 2024-2028. Voordat we vooruitblikken op de komende jaren en onze doelstellingen presenteren, kijken we kort waar we nu staan. De doelstellingen van het NVMDL-beleidsplan Doelmatig, Duurzaam en Dichtbij (DDD) 2018-2023 waren: • Aandacht voor positieve gezondheid; • Invloed van de MDL-patiënt op individuele zorg en algemeen beleid; • Landelijk dekkende netwerken van MDL-zorg; • Herkenbare MDL-aandachtsgebieden naast een sterk ontwikkeld algemeen MDL-profiel. Een aantal van deze doelen zijn bereikt, andere zijn ‘in wording’. Hoewel het soms lastig is te meten waar we precies staan, kunnen we in elk geval zeggen dat binnen onze beroepsgroep men zich er bewuster van is geworden dat een medische ingreep niet altijd het antwoord is op vragen. Het verrichten van een gastroscopie ter geruststelling bij jonge mensen met maagklachten is hiervan een goed voorbeeld. De realisatie dat gezondheid niet de afwezigheid van ziekte is, vindt steeds meer een vruchtbare bodem. De MDL-patiënt van nu heeft meer invloed op zijn eigen behandeling door breed beschikbare portalen naar het medisch dossier en door toenemende participatie in verschillende zorg gremia. MDL-netwerken zijn in de afgelopen jaren versterkt, met als voorbeelden de T1 CRC werkgroep, de Barrett-expertisecentra en verschillende oncologische netwerken Dutch Pancreatic Cancer Group (DPCG), Dutch Upper GI Cancer Group (DUCG), Dutch Hepatocellular & Cholangiocarcinoma Group (DHCG), Dutch Colorectal Cancer Group (DCCG)). De MDL-differentiaties IBD, hepatologie, oncologie en functionele aandoeningen zijn algemeen bekend en er is toenemende aandacht voor een meer generalistische opleiding tot MDL-arts. Deze ambities zijn in lijn met het Integrale Zorgakkoord (IZA) en blijven daarom ook de komende jaren actueel. In dit beleidsplan presenteren we onze doelstellingen voor de jaren 2024-2028, onderverdeeld in de thema’s ‘patiënt en dokter’, ‘de kwaliteit van zorg’, ‘preventie en gezondheid’, ‘wetenschap en innovatie’ en ‘de gezonde dokter’.
BELEIDSPLAN NVMDL 2024 - 2028 4 1. Patiënt en dokter Het IZA zal de komende jaren grote invloed hebben op de zorg en op de relatie tussen de patiënt en de dokter. Gepast gebruik van zorg is een van de uitgangspunten. Het inzichtelijk maken van de onderbouwing van en de bewijslast voor passende zorg ligt bij de wetenschappelijke en beroepsverenigingen. Deze onderbouwing wordt gebruikt voor het opstellen of aanpassen van richtlijnen. De (door-) ontwikkeling van richtlijnen moet gebeuren in nauwe samenwerking met de patiënt en relevante zorgaanbieders. Transparantie en de registratie van de uitkomsten van zorg, zonder toename van administratielast, zijn hierbij essentieel. Eigen regie De verschuiving van kliniek naar dagbehandeling, van polikliniek naar zorg op afstand door middel van apps en wearables, waarbij de patiënt nog meer eigen regie krijgt, moet in goede banen worden geleid. Binnen deze transitie is extra aandacht nodig voor de kwetsbare patiënt, zodat deze niet tussen wal en schip geraakt. Centralisatie en regionale zorgnetwerken Verdere centralisatie van laag-frequente en hoogcomplexe zorg gaat eveneens plaatsvinden. Het is echter belangrijk dat de kwaliteit en toegankelijkheid van de MDLzorg niet hieronder zullen lijden. Landelijke en regionale zorgnetwerken, waarbij samenwerking tussen de partners de modus operandi is (in plaats van concurrentie), moeten verder vorm krijgen. Doelstellingen 2024-2028 • Zorg met patiënten in plaats van zorg voor patiënten; • Bescherming van de kwetsbare patiënt bij centralisatie en digitalisatie vam de zorg; • Minder concurrentie, meer samenwerking.
BELEIDSPLAN NVMDL 2024 - 2028 5 Het doel van de leden van de NVMDL is het leveren van hoogstaande, veilige en toegankelijke zorg aan alle patiënten met aandoeningen aan het maag-darmkanaal, de lever, de galwegen en het pancreas. Echter, zoals ook staat beschreven in het IZA, staat de toegankelijkheid van de zorg onder druk. Dit heeft een aantal oorzaken. Zo stijgt de vraag naar zorg sneller dan het aanbod. Mensen leven langer en het aantal chronisch zieken en mensen met meerdere aandoeningen neemt toe. De kwaliteit van zorg, maar ook de zorgprofessionals staan hierdoor onder druk. Daarom heeft het ministerie van VWS de ambitie uitgesproken de zorg voor iedereen toegankelijk, van goede kwaliteit en betaalbaar te willen houden. Er wordt ingezet op passende zorg; dit is waarde gedreven zorg, waarmee wordt bedoeld dat zorg op de eerste plaats effectief is, voldoet aan de stand van wetenschap en praktijk en van meerwaarde is voor de patiënt. Mensen, middelen en materialen worden hierbij doelmatig ingezet. Verder komt de zorg samen met en rondom de individuele patiënt tot stand, vindt deze plaats op de juiste plek en gaat het over preventie en gezondheid in plaats van ziekte. De MDL-zorg zal ook in deze ambitie van het ministerie moeten meegaan. Bij het nastreven van deze ambitie kunnen verschillende kwaliteitsinstrumenten worden ingezet. In de komende jaren wil de Commissie Kwaliteit de volgende punten verder uitwerken: 1. Richtlijnen Richtlijnen zijn wetenschappelijk onderbouwd en bieden zorgverleners ondersteuning bij klinische besluitvorming. Belangrijk is dat richtlijnen up-to-date en relevant zijn. Daarom wordt sinds een aantal jaren gewerkt met modulaire richtlijnen. De patiënt staat centraal in het zorgproces, daarom is het ook van belang hem te betrekken bij de (door-)ontwikkeling van richtlijnen.. Ook moeten richtlijnen goed toegankelijk zijn en worden opgesteld voor álle MDL-artsen. In de praktijk is er nauwelijks of geen kritische beoordeling door de leden van de NVMDL; we ontvangen weinig tot geen commentaar op nieuwe of doorontwikkelde richtlijnen. Gericht experts vragen specifieke richtlijnen te becommentariëren kan hiervoor een oplossing zijn. We streven ernaar dat alle MDL-artsen goed op de hoogte zijn van veranderingen in richtlijnen en wat de gevolgen van aanpassingen zijn voor de dagelijkse praktijk. Daarom is het van belang dat de richtlijnen goed leesbaar zijn en belangrijke punten moeten gemakkelijk uit de richtlijn kunnen worden gehaald. Het kennisspel is een belangrijk middel om kennis van de richtlijnen te bevorderen en wordt zeer positief beoordeeld door MDL-artsen. Het streven is dat het kennisspel blijft bestaan en wordt gebruikt door alle leden van de NVMDL. Uiteindelijk moeten richtlijnen ook worden vertaald naar toegankelijke en begrijpelijke patiënteninformatie. Zo kan de patiënt optimaal worden meegenomen in het traject van ‘samen beslissen’, ofwel het gezamenlijk bespreken van de arts en de patiënt welke zorg het beste bij de patiënt past. Hierbij moet ook aandacht zijn voor patiënten met beperkte gezondheidsvaardigheden. 2. Uitkomstgerichte zorg Uitkomstgerichte zorg geeft de patiënt inzicht in relevante uitkomsten van de zorg. Ook deze informatie kan worden gebruikt bij het ‘samen beslissen’. Door uitkomsten te vergelijken en te benchmarken kan deze echter ook worden gebruikt ter lering en verbetering van de dagelijkse praktijk. De NVMDL is betrokken bij verschillende uitkomstgerichte zorgprojecten(IBD, pancreascarcinoom en colorectaal carcinoom). Het is van belang deze projecten onder de aandacht te brengen bij onze leden en de kennis te delen, zodat kan worden onderzocht wat de waarde en de implicaties zijn van het verzamelen van data. 3. Kwaliteitsregistraties Kwaliteitsregistraties zijn van belang voor de monitoring en verbetering van de endoscopiezorg. De kwaliteitsindicatoren voor verschillende endoscopieën zijn vastgelegd in de Dutch Gastrointestinal Endoscopy Audit (DGEA) en complicaties zijn vastgelegd binnen de Dutch Registration of Complications in Endoscopy (DRCE). 2. Kwaliteit van zorg Doelstellingen 2024-2028 • DGEA en DICA op orde; • Optimalisatie van zorg door het inrichten van intervisie tussen centra; • Regionaal inrichten van MDL zorg na vaststelling van de verschillende regio’s; • Aantrekken van beleidsmedewerker(s) om de MDL-raden beleidsmatig te ondersteunen.
BELEIDSPLAN NVMDL 2024 - 2028 6 thema’s: de concentratie en spreiding van de zorg en de hiermee nauw samenhangende regionale netwerkzorg. Onder ‘regionale MDL-netwerkzorg’ verstaan wij zorg waarbij verschillende instellingen in een regio samenwerken, strevend naar optimalisatie van de zorg. Het doel is de MDL-zorg voor iedereen laagdrempelig en toegankelijk houden door middel van het leveren van de juiste zorg op de juiste plek. Het is echter belangrijk dat er goede afspraken worden gemaakt. Om dit te bewerkstelligen wordt gekeken naar best practices, zinnige zorg en naar welke zorgactiviteiten mogelijk beter in samenwerking met centra in de regio ingericht kunnen worden. Het op orde hebben van de registratie van data is essentieel om hier naar toe te kunnen bewegen en uiteindelijk doelmatiger te werk te kunnen gaan. De MDL-oncologie is inmiddels in multidisciplinaire zorgnetwerken georganiseerd. Daarnaast zijn enkele leidraden ontwikkeld, waaronder voor hepatologie en de IBD-zorg, welke aanbevelingen bevatten voor de organisatie van zorg. Zorgnetwerken spelen hierbij een belangrijke rol. Bij de ontwikkeling en implementatie van deze registraties zijn verschillende commissies van de NVMDL betrokken. De doorontwikkeling verloopt volgens een vaste, jaarlijkse PDCA-cyclus, zodat uiteindelijk alle endoscopieën zijn geregistreerd. Ook is een project gestart om de uitkomsten van de DGEA en DRCE als integraal onderdeel in de kwaliteitscyclus van de NVMDL op te nemen, zowel op landelijk (kwaliteitsvisitatie) als op regionaal en vakgroep niveau. Dit kan bijvoorbeeld worden gedaan door middel van spiegelgesprekken. 4. Kwaliteitsvisitaties Om de kwaliteit van zorg, met name de praktijkvoering, te borgen en waar nodig te verbeteren, worden kwaliteitsvisitaties gedaan. De basis van de kwaliteitsvisitatie is het normendocument van de Federatie Medisch Specialisten (FMS). Tijdens een visitatie wordt naar verschillende domeinen gekeken, zoals zorgnetwerken, samenwerking, kwaliteit van zorg, functioneren van de vakgroep, patiëntenperspectief en professionele ontwikkeling. 5. Regionale zorgnetwerken De NVMDL beweegt zich de komende jaren, terwijl zij de beroepsbelangen in acht neemt, langs de lijnen van het IZA. We richten ons voornamelijk op twee belangrijke
BELEIDSPLAN NVMDL 2024 - 2028 7 Raad Beroepsbelangen De rol van de Raad Beroepsbelangen op het gebied van registraties van werkzaamheden is met name gericht op het bewaken van ontwikkelingen in ons vakgebied. Daarbij is het van belang dat nieuwe ontwikkelingen ook een eigen plek krijgen als zorgactiviteit binnen de DOT/ DBC-systematiek. Denk hierbij aan complexere tijdrovende endoscopische procedures, maar ook aan ontwikkelingen die zijn gericht op vervanging van zorg (bijvoorbeeld de IBD-echo in plaats van een colonoscopie). Deze veranderingen dragen bij aan vervanging van invasieve zorg, door minder invasieve, en dus patiëntvriendelijkere en goedkopere, zorg. De Raad Beroepsbelangen streeft ook naar dekkende beleidsmatige ondersteuning van alle andere raden binnen de NVMDL. Het doel is om als vereniging slagvaardiger en pro-actiever te werk te gaan. MDL-artsen die zitting hebben in een van de raden, zullen maximaal worden onder- steund zodat zij hun kostbare tijd zo efficiënt mogelijk kunnen inzetten. Data vs. registratielast Voor de verschillende kwaliteitsinstrumenten, zoals de kwaliteitsregistraties en uitkomstgerichte zorg, wordt van MDL-artsen steeds vaker gevraagd gegevens vast te leggen. Parallel aan de ontwikkelingen binnen de chirurgie neemt ook binnen ons vakgebied de druk toe om kwaliteit uit te drukken in getallen. Ons doel is echter de zorg dusdanig in netwerken in te richten dat we kwalitatief hoogwaardige zorg kunnen blijven leveren, die niet alleen gebonden is aan aantallen. Met name in gebieden buiten de randstad zal dit ervoor zorgen dat optimale zorg kan worden geleverd. Om aantoonbaar te maken dat daadwerkelijk zorg van kwaliteit wordt geleverd is deelname aan de hierboven genoemde kwaliteitsregistraties, inclusief evalueren en leren van de uitkomsten, de norm. De registratielast heeft echter een groot aandeel in de hoge werkdruk die zorgprofessionals ervaren. We moeten ervoor blijven waken dat deze last niet wordt verhoogd en we dienen kritisch te beoordelen welke registraties daadwerkelijk bijdragen aan de kwaliteit van de zorg. Taakherschikking De afgelopen circa tien jaar is taakherschikking substantieel toegenomen binnen de MDL. Gespecialiseerd verpleegkundigen, verpleegkundig specialisten (die met name een rol spelen op de polikliniek en in kwaliteitsdomeinen), physician assistants (die een rol spelen in de gehele breedte van het MDL-domein: op de verpleegafdeling, polikliniek en endoscopie-afdeling) en de verpleegkundig endoscopisten (die een aanzienlijk deel van de routine colonoscopieen voor hun rekening nemen en met duidelijke afbakeningen ook eigen zorgtrajecten mogen voeren) nemen steeds vaker werkzaamheden over van MDL-artsen. Zij spelen een rol in de kwaliteit, maar ook in het beschikbaar en betaalbaar houden van de MDL-zorg. Deze functies zullen dan ook een complementaire rol blijven spelen binnen ons vakgebied. Om de kwaliteit van deze beroepsgroepen te borgen worden zij ook betrokken bij de kwaliteits- visitaties. De uitkomsten van de visitaties, alsmede de ontwikkelende vorm en inhoud van hun werk, worden afgestemd met de Commissie Taakherschikking (welke onderdeel is van de Raad Beroepsbelangen).
BELEIDSPLAN NVMDL 2024 - 2028 8 De NVMDL streeft naar een duurzame toekomst waarin voeding en het milieu in evenwicht zijn. Op het gebied van gezondheid en gedrag heeft de NVMDL de laatste vijf jaar aandacht gehad voor vier verschillende beleidsthema’s: • Leefstijl en preventie; • Samenwerking op dit gebied met de eerste lijn, FMS, patiëntenorganisaties en de overheid; • De rol van de MDL-arts in de driehoek voeding-gezondheid-ziekte; • Verstandig en veilig medicatiegebruik. Gezien het belang van bovenstaande thema’s, worden deze voortgezet in de doelstellingen van komende jaren. In een tijd waarin de Nederlandse ziekenhuizen verantwoordelijk zijn voor 7 procent van de carbon footprint van Nederland en waarin 50 procent van de chronische ziekten wordt veroorzaakt door leefstijl, moeten we onze aandacht voor gezondheid en gedrag uitbreiden met taken die duurzaamheid en een gezonde leefstijl nastreven. Preventie Ziektepreventie neemt in de medisch-specialistische gezondheidszorg een steeds grotere plaats in. De medisch specialist dient zich te richten op gezondheid bevorderend gedrag, zowel in de spreekkamer als in het publieke domein. Zonder daarbij de rol van leefstijlcoach op zich te nemen, zet de MDL-arts specifieke kennis en ervaring in over de gevolgen van voeding, alcohol en roken op ziekte en gezondheid. Raadgeving en begeleiding op het gebied van leefstijl zijn vooral gericht op specifieke aandoeningen en ziekten. 3. Preventie en gezondheid Doelstellingen 2024-2028 • Zorgvragen zonder alarmsymptomen worden in vijf jaar met 10 procent verminderd. Directe verwijzing vanuit eerstelijn naar Gecombineerde Leefstijl Interventie (GLI) kan hier een grote rol in spelen. Hierdoor zullen de analyse gestoorde leverchemie en het aantal patiënten met refluxklachten en het prikkelbare darm syndroom afnemen in de tweede lijn; • Over vijf jaar is vezelrijke voeding niet alleen voor coloncarcinoom en adenomen onderzocht, maar ook het effect op MASH, alcoholische leverziekte en endogene alcohol synthese; • Financiële middelen zullen worden toegewezen aan de uitvoering van dit beleidsplan voor educatie, bewustwording, monitoring en evaluatie.
BELEIDSPLAN NVMDL 2024 - 2028 9 Samenwerking Samenwerking is van groot belang. Om de toename van alcohol- en overgewicht-gerelateerde ziekten terug te dringen wordt gezocht naar samenwerking met de eerste lijn en met andere wetenschappelijke verenigingen, de FMS, de overheid, zorgverzekeraars en patiëntenorganisaties. De MDL-arts draagt bij aan de maatschappelijke discussie over deze onderwerpen. Samen met de Nederlandse Vereniging voor Gastro-Enterologie (NVGE), Nederlandse Vereniging voor Hepatologie (NVH) en de Maag Lever Darm Stichting (MLDS) en patiëntenorganisaties zal de NVMDL brede aandacht vragen voor leefstijl en preventie van MDL-aandoeningen en het wetenschappelijk onderzoek op dit gebied een impuls geven. Voeding Tijdens de opleiding tot MDL-arts wordt aanvullende scholing en training over voeding aangeboden. De MDLarts is bij uitstek geëquipeerd om een schakel te zijn in de driehoek voeding-gezondheid-ziekte. Hij is betrokken bij intra- en transmurale voedingsteams, bij het opsporen en behandelen van ondervoeding en overvoeding en heeft kennis over voeding in het kader van preventie, pathogenese en de behandeling van MDL-ziekten. Medicatie Ook het doelmatig voorschrijven en gebruik van medicatie is een belangrijk onderwerp. Nieuwe, effectieve middelen dienen te kunnen worden ingezet en beschikbaar te zijn voor onze patiënten. De start- en stopcriteria voor zinnig gebruik van biologicals bij inflammatoire darmziekten worden inmiddels breed toegepast. Een concrete actie voor verstandig medicatiegebruik is het terugdringen van chronisch gebruik van opioïden tegen abdominale pijnklachten. Een andere concrete actie is het verminderen van PPI-gebruik, waar dit met leefstijlinterventies kan worden gerealiseerd. Samen met patiënten wordt gezocht naar werkzame alternatieven, bij voorkeur gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek.
BELEIDSPLAN NVMDL 2024 - 2028 10 Sinds vele jaren behoort de Nederlandse wetenschappelijke output op het gebied van MDL-ziekten tot de meest toonaangevenden en innovatieven in Europa, zowel op basaal-translationeel als op klinisch-toegepast gebied. Ook de komende jaren is er dus een naam hoog te houden. De basis van het succes ligt in een structurele inbedding van wetenschap en onderzoek in onze opleiding, selectie en een hechte academische-perifere netwerkstructuur in ons land. Kennisagenda De opzet en inhoud van de tweede Kennisagenda van de NVMDL, gepresenteerd in het voorjaar van 2023, is exemplarisch voor het vooruitstrevende karakter van onze beroepsgroep. Deze agenda is samengesteld om de komende jaren een cruciale rol te vervullen in het streven naar de reductie van onnodige zorg binnen het vakgebied van maag-, darm- en leverziekten. Dit sluit naadloos aan bij het streven naar passende zorg zoals gedefinieerd in het IZA. Less is more De Kennisagenda identificeert en prioriteert onderzoeksonderwerpen die het meest veelbelovend zijn voor het verbeteren van de kwaliteit van zorg en het verminderen van onnodig medisch handelen. Binnen dit specifieke thema biedt de agenda ook een ambitieus plan om 4. Wetenschap en Innovatie Doelstellingen 2024-2028 • Behoud van de wetenschappelijk toppositie van Nederland in de wereld op MDL-gebied; • Implementatie van de tweede Kennisagenda NVMDL; • Breed (multidisciplinair) uitdragen van ‘less-is-more’-concept; • Initiatief en deelname aan brede discussie over verandering van zorgorganisatie en zorgfinanciering; • Stimulatie zorginnovaties, ondersteunen en (helpen te) implementeren die voldoen aan de behoeftes van de patiënt en/of diegene werkzaam binnen de MDL en leiden tot: • Zorgkwaliteitstoename; • Afname van regeldruk en administratie; • Verbetering van de beschikbaarheid en toegankelijkheid van zorg; • Afname van de ziekenhuiszorg (zorgsubstitutie en ‘self-care’); • Toename van doelmatigheid en afname van niet-bewezen, onnodige zorg; • Hoogwaardige(r) wetenschappelijke kwaliteit, zowel basaal-translationeel als klinisch-toegepast; • Toename van minimaal-invasieve behandelingen; • Toename van preventieve zorg; • Toename van netwerkgeneeskunde i.p.v. regionale zorg; • Vermindering van de CO2-voetafdruk door zorgconsumptie. • Discussie stimuleren en initiëren over nut, noodzaak, wenselijkheid en nadelen van ontwikkeling en toepassing van AI in de MDL-praktijk.
BELEIDSPLAN NVMDL 2024 - 2028 11 patiëntenorganisaties, ZE&GG (Zorgevaluatie en Gepast Gebruik), VWS en zorgverzekeraars. De realisatie van dit (de)implementatieplan zal een van onze grootste uitdagingen van de komende jaren worden, maar kan leiden tot effectiever zorgevaluatieonderzoek, vervanging van ineffectieve zorg door nuttigere zorg, wachtlijstreductie en uiteindelijk een bredere discussie over organisatie en financiering van zorg (bijvoorbeeld meer geld voor spreekuurtijd dan voor een verrichting). Bovendien is stoppen met bepaalde zorg de meest effectieve maatregel om de zorg groener en duurzamer te maken. daadwerkelijk op korte termijn zorgreductie te realiseren. Hiermee is het dus geen louter abstract document; het vertegenwoordigt een krachtig instrument om onze benadering van gezondheidszorg te transformeren. In een tijd waarin de gezondheidszorg wordt geconfronteerd met uitdagingen zoals toenemende zorgconsumptie, stijgende kosten, bijvoorbeeld door dure medicijnen en complexe behandelingen, en personeelstekorten, biedt de kennisagenda een duidelijke richting om deze problemen aan te pakken, namelijk middels de onmiddellijke reductie van breed toegepaste, maar onbewezen en mogelijk ook minder effectieve zorg en tegelijkertijd onderzoek en financiering hiervan (less-is-more-concept). Hiervoor is nauwe samenwerking met andere partijen nodig, zoals
BELEIDSPLAN NVMDL 2024 - 2028 12 5. De gezonde dokter: van opleiding tot arbeidsmarkt Doelstellingen 2024-2028 • Zorgvragen zonder alarmsymptomen worden • Optimaal gebruik van e-health ter maximale ondersteuning en ontlasten van MDL-arts en huisarts; • Ontwikkeling monitor om in- en uitstroom van MDL-artsen realtime te kunnen volgen; • Jaarlijkse enquête (aansluitend bij de FMS loopbaanmonitor) om inzichtelijke te maken waar werkvreugde en knelpunten binnen ons vak liggen om daarmee plannen te ontwikkelen om werkvreugde te optimaliseren en knelpunten op te lossen. De maatschappij verandert snel en continu. MDL-artsen moeten in kunnen spelen op maatschappelijke trends. Ook onze beroepsgroep een afspiegeling te zijn van de samenleving. De opleiding moet de MDL-arts van de toekomst klaarstomen en rekening houden met de veranderende maatschappij en het feit dat zij een andere generatie opleidt dan voorheen. Een van de belangrijkste ontwikkelingen is de veranderde balans tussen werk en privé bij jongere generaties. Dit heeft een rol gespeeld in de uitval van AIOS in de afgelopen jaren en leidt tot minder aanwas van arts-assistenten (zowel AIOS als ANIOS). Het landelijke ANIOS-tekort kan leiden tot een verschuiving van taken naar de AIOS, met als risico dat de bedrijfsvoering invloed heeft op de opleiding. Daarnaast gaan steeds meer specialisten parttime werken. Op termijn leidt dit tot een tekort aan MDL-artsen. Dit is een zeer groot, maar ook vakoverstijgend probleem. Uitval terugdringen Het Concilium MDL speelt op dit probleem in door de MDL-opleiding beter te laten aansluiten op de veranderende wensen en behoeften van de nieuwe generatie arts-assistenten. Er is veel aandacht voor duurzame inzetbaarheid van AIOS. Het doel is om de uitval van AIOS terug te dringen tot onder de beraamde uitval van het Capaciteitsorgaan van 10 procent. Het streven is dit doel te bereiken in 2025. Tevens zijn er gesprekken gaande met het Capaciteitsorgaan om aandacht te vragen voor het dreigende tekort aan medisch specialisten. Betere voorlichting Ook is het zaak om uitval bij Jonge Klaren te voorkomen. Daarom wordt tijdens de opleiding aandacht besteed aan de kloof tussen de werkzaamheden van een AIOS en die van een medisch specialist. Te denken valt aan werktempo, diensten en neventaken. Het Concilium zal dit aanpakken door betere voorlichting, bijvoorbeeld tijdens Discipline Overstijgend Onderwijs (DOO’s) en de jaarlijks terugkerende landelijke opleidingsdag. Het nieuwe opleidingsplan NOVUM 2.0 biedt de AIOS meer ruimte om zich te verdiepen in niet-medisch inhoudelijke competenties, zoals bestuur en management. Ook daardoor ontstaat een betere aansluiting met het artsenberoep later. Meer diversiteit NOVUM 2.0 speelt ook in op andere thema’s in de veranderende maatschappij waarin nieuwe specialisten terecht komen, zoals preventieve geneeskunde, voeding, duurzaamheid, interprofessioneel opleiden, gendersensitieve zorg en ‘samen beslissen’. Er zal meer aandacht zijn voor diversiteit in de opleiding en bij de beroepsgroep, in de breedste zin van het woord. Om dit te kunnen bewerkstelligen wordt eerst in samenwerking met de NVMDL i.o. de huidige diversiteit in kaart gebracht. Hiervoor wordt de jaarlijkse, landelijke AIOS-enquête ingezet. Implementatie Naast aandacht voor een breder palet aan thema’s zal NOVUM 2.0 ook in technisch opzicht flink veranderen. De medisch-inhoudelijke entrustable professional activities (EPA’s) maken plaats voor generieke EPA’s. Het doel is om NOVUM 2.0 in 2025 te implementeren. Arbeidsmarkt Naar aanleiding van het dreigende tekort aan arbeidsplekken is in 2021 de Arbeidsmarktcommissie – onder de vlag van de beroepsbelangencommissie – opgericht. Al snel bleek dat het aanbod en de invulling van arbeidsplekken een sterke dynamiek kent. Na korte tijd bestond er geen acuut probleem meer voor de Jonge Klaren, de meesten vonden toch weer een plek. Dit gegeven heeft ertoe geleid dat het belangrijk is zo goed mogelijk inzichtelijk te maken wat de stand van zaken wat betreft het aanbod van nieuwe MDL-artsen, de veranderende inrichting van ons werk (complexere procedures die meer tijd vergen, overname van werkzaamheden door taakherschikking) en de uitstroom van MDL-artsen (door pensionering of
BELEIDSPLAN NVMDL 2024 - 2028 13 (FMS) zal deze problematiek aan de hand van input vanuit onze beroepsgroep gedeeltelijk adresseren. Daarnaast zal de Arbeidsmarktcommissie inzichtelijk maken waar specifiek voor onze beroepsgroep het probleem ligt. Vervolgens wordt een plan voor de komende jaren gemaakt om deze toenemende druk beheersbaar te houden en zo mogelijk om te keren. Ook de Raad Beroepsbelangen zal zich richten op de ontwikkeling van het beroep, waarbij aandacht is voor het aantrekkelijk houden van het vak voor nieuwe MDL-artsen als ook de MDL-artsen die al langer werkzaam zijn. Op die manier kunnen we ook in de toekomst hoogstaande MDL-zorg blijven bieden, geleverd door gezonde, gepassioneerde dokters. uitstroom van MDL-artsen die een andere invulling gaan geven aan hun werkzame leven). Daarnaast is het belangrijk, analoog aan de situatie bij de AIOS, om zittende MDL-artsen zo goed mogelijk te faciliteren in hun werkzaamheden, zodat uitval door burn-out of verminderde interesse in het vak zo laag mogelijk blijft. De nog altijd toenemende administratieve lasten (eisen van beleidsmakende instanties, visitaties, toename van werk dat ontstaat als gevolg van de 24-uurs economie) zijn nog altijd een beroepsbreed probleem voor medisch specialisten. Ook is sinds een jaar de tendens dat MDL-artsen, vanwege het tekort aan A(N)IOS interne geneeskunde, worden belast met het overnemen van de werkzaamheden van de A(N)IOS. De Federatie Medisch Specialisten
BELEIDSPLAN NVMDL 2024 - 2028 14
www.mdl.nlRkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=