Gert-Jan had op dat moment nog een intensieve baan, nota bene als zorgmanager Acuut en Intensief in het Albert Schweitzer Ziekenhuis in Dordrecht. Turbulente afdelingen als de intensive care, spoedeisende hulp en het operatiecomplex had hij onder zijn hoede. ‘Bloed prikken moest altijd in het Amphia, in een dependance hier in Oosterhout. De bloedafname gaat om half acht ‘s ochtends open, terwijl ik op mijn werk altijd om zeven uur moest beginnen.’ ‘Met wat instructies moet iedereen het kunnen leren’ Studie Na verloop van tijd kreeg Gert-Jan een telefoontje van arts-onderzoeker Lissa Wullaert, coördinator van een bijzondere studie in het Erasmus MC. De studie, een initiatief van oncologisch chirurg Dirk Grünhagen, moet uitwijzen of patiënten na een operatie aan darmkanker een deel van hun nacontroles thuis kunnen en wíllen doen. Daar zag Gert-Jan onmiddellijk het nut van in. ‘De onderzoeksvraag was of patiënten naar een bloedafname in het ziekenhuis willen, of zelf thuis bloed kunnen en willen prikken – en zo ja, wat dan een goede manier zou kunnen zijn.’ Gert-Jan deed het thuis – en tijdens het onderzoek ook bij de bloedafname in het Amphia. ‘Ik prikte thuis op twee manieren: met een vingerprik en met een speciaal pompje in de bovenarm. Die eerste methode vond ik niet prettig. Het gebruik van dat pompje in de bovenarm werkte heel goed en veilig. Met wat instructies moet iedereen dat kunnen leren.’ 16 GERT- JAN VAN HEININGEN
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=