Samen stapsgewijs naar een CO2-neutraal Borne 26 5.3 Uitgangspunten warmtetransitie in Borne De onderstaande 6 uitgangspunten staan centraal in de totstandkoming én uitvoering van de visie. We gaan daar aan de slag, waar energie zit, we streven naar duurzame, betaalbare en betrouwbare warmte alternatieven voor iedereen, rendabel isoleren, we zijn flexibel in de tijd naar nieuwe technieken, maar kiezen er voor om nu wel van start te gaan. En onze voorkeur gaat uit naar collectieve warmtesystemen. UITGANGSPUNT A: AAN DE SLAG, DAAR WAAR ENERGIE ZIT De transitie naar aardgasvrij kan alleen succesvol zijn met draagvlak en het meedoen en -denken van bewoners en andere partijen. Wij koesteren de energie van eigen initiatieven van bewoners en zien dit als dé kans om samen concrete stappen te zetten om wijken van het aardgas te halen. De transitie naar een aardgasvrij Borne is een gezamenlijke opgave. We hebben bewoners, bedrijven, de woningcorporatie en maatschappelijke organisaties nodig. Daarnaast haken we waar mogelijk aan op ontwikkelingen in de omgeving, zoals renovaties van corporatiewoningen en/of de openbare ruimte, zoals vervanging van riolering, aanpassingen van het openbaar groen en klimaatadaptatie. Dit noemen we meekoppelkansen en kan kosten en overlast in de uitvoering beperken. UITGANGSPUNT B: OVER OP DUURZAME WARMTEBRONNEN Vrijwel alle gebouwen en woningen in Borne worden op dit moment verwarmd met aardgas. Dit aardgasverbruik zorgt voor CO2-uitstoot. We willen over op duurzame warmtebronnen, die voor veel minder CO2-uitstoot zorgen. Het verschilt per alternatieve techniek en bron hoe duurzaam deze is. Dit is afhankelijk van verschillende aspecten, zoals of er grijze of groene stroom wordt gebruikt bij de productie van warmte en wat bijvoorbeeld de bron van een warmtenet is. Wij kiezen in deze visie voor bronnen en technieken die zo duurzaam mogelijk zijn en daardoor de CO2-uitstoot aanzienlijk terugdringen. UITGANGSPUNT C: BETAALBAAR EN BETROUWBAAR Wij willen een energievoorziening die betaalbaar en betrouwbaar is. Het streven is dat de woonlasten zoveel mogelijk gelijk blijven voor alle gebruikers, ook wel woonlastenneutraal genoemd. Aardgasvrije alternatieven brengen vaak investeringen in de infrastructuur en in de openbare ruimte met zich mee, de maatschappelijke kosten. De gebruikerskosten en maatschappelijke kosten moeten in balans zijn. Oftewel: de oplossing moet betaalbaar zijn voor de gebruiker, zonder alle kosten bij de maatschappij neer te leggen. Met aardgas zijn we gewend dat netbeheerders voor de betrouwbaarheid van het net zorgen en energieleveranciers voor leveringszekerheid. Dit speelveld kan veranderen. In het WUP zijn betrouwbaarheid en betaalbaarheid daarom de uitgangspunten voor het eigendom, beheer en de exploitatie van de duurzame warmtevoorziening. UITGANGSPUNT D: RENDABEL ISOLEREN Het terugdringen van de warmtevraag is noodzakelijk in de transitie naar aardgasvrij. Om gebouwen op duurzame wijze te kunnen verwarmen en koelen met een voldoende comfortniveau is goede isolatie noodzakelijk. Daarom is het belangrijk om woning- en gebouweigenaren te stimuleren om te gaan isoleren. Er hoeft niet altijd gewacht te worden tot een woning goed geïsoleerd is, vaak loopt de overstap op een alternatieve warmtebron parallel. Verschil tussen LT / MT / HT warmte De benodigde temperatuur om een woning comfortabel te kunnen verwarmen. Bestaande woningen worden meestal verwarmd met hoge temperatuur warmte. - Lage temperatuur ( 25 – 50 ℃ ) - Midden temperatuur ( 50 – 70 ℃ ) - Hoge temperatuur ( > 70℃ )
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=