Samen stapsgewijs naar een CO2-neutraal Borne 12 De grootste klap die we tot 2030 kunnen maken is in de gebouwde omgeving, waar we energie gaan besparen en deels overgaan op andere warmtebronnen. Daarnaast gaan we steeds meer groene elektriciteit gebruiken in alle sectoren. We benoemen hieronder kort de doelen voor energiebesparing, het aardgasvrij worden en opwek van duurzame energie. Deze doelen komen terug in de hoofdstukken 4, 5 en 6 en staan daar nader toegelicht. ENERGIEBESPARING – DOELEN 2030 We zetten in op energiebesparing voor vier groepen energiegebruikers: 1. Huishoudens, 2. Bedrijven, industrie en agrariërs, 3. Maatschappelijk Publiek Vastgoed (MPV) en 4. Verkeersdeelnemers. Door in alle vier groepen aan de slag te gaan met energiebesparing willen we de energie- en warmtevraag omlaag brengen. Voor huishoudens (woningen) willen we een jaarlijkse besparing op het energiegebruik realiseren van 2%5 ten opzichte van het voorgaande jaar. Zo gaan we elk jaar stapjes vooruit. We hebben het dan over elektriciteits- en warmtegebruik van woningen. Om energiebesparing te versnellen hebben we als doel gesteld dat alle gebouwen in 2025 betrouwbaar, door officiële instanties, een energielabel hebben gekregen. Dit maakt onze verduurzamingsopgave beter inzichtelijk. Alle woningen moeten in 2050 gemiddeld een energielabel B hebben of vergelijkbaar. Alle bedrijfspanden en het maatschappelijk vastgoed van de gemeente moet al in 2023 minimaal een energielabel C hebben. De CO2-uitstoot van wegverkeer, exclusief snelwegen, willen we in 2030 verminderen met 49% ten opzichte van het jaar 2018. In 2040 verminderen we de uitstoot met 65% ten opzichte van 2018, tot 100% in 2050, wanneer er geen CO2 meer vrijkomt bij verkeers- en vervoersbewegingen. 5 RES Twente zet in op een jaarlijkse besparing van 1% AARDGASVRIJE GEBOUWEN – DOELEN 2030 We verwarmen de meeste van onze gebouwen met aardgas, een fossiel brandstof. Daarin is de opgave om stapsgewijs over te gaan op andere warmtebronnen, duurzame bronnen. Op dit moment is de actuele (2018) warmtevraag in de gebouwde omgeving 603 TJ6. Het aardgasgebruik is 576 TJ, oftewel 95,5% van de totale warmtevraag wordt daarmee ingevuld. Op dit moment wordt 4,5% ingevuld met duurzame bronnen, in totaal 27 TJ. Dit percentage moet omhoog. Het doel is om in 2030 20% van de warmtevraag van de gebouwde omgeving in te vullen met duurzame bronnen. Uitgaande van dezelfde totale warmtevraag zou dan 120 TJ uit duurzame bronnen moeten komen. In 2050 is dat 100%. Zie figuur 4. Figuur 4: Doelstelling duurzame warmtebronnen 2030 OPWEK VAN DUURZAME ELEKTRICITEIT – DOELEN 2030 Een groot deel van de energie die we gebruiken komt uit fossiele bronnen, zoals gas, olie en steenkool. Deze bronnen kunnen op raken en er komen broeikasgassen vrij bij de winning van energie uit deze bronnen. Daarom gaan we de komende jaren over op groene energie, energie uit duurzame bronnen. Op dit moment (2018) is de totale 6 Terajoule (TJ): energie-eenheid gebruikt voor warmtedistributie 0% 20% 40% 60% 80% 100% 2030 (duurzaam 120 TJ) 2018 (duurzaam 27 TJ) Aandeel duurzame warmte (in TJ) Percentage aardgas Percentage duurzaam
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=