12 ROBBERT JAN VAN DER WEIJDEN ‘Het is niet altijd de sterkste zaak die wint, soms wint het sterkste verhaal’ advocaat de kernboodschap zo goed mogelijk over het voetlicht brengt en betrokkenheid bij de rechter creëert. Daarbij kan het nuttig zijn om niet alleen aandacht te geven aan de feiten die vanuit juridisch perspectief relevant zijn. Maar, mits gedoseerd, bijvoorbeeld ook aan de feiten die de cliënt of zijn standpunt sympathieker maken, of een appèl doen op het onderbuikgevoel van de rechter.’ Het heeft volgens Van der Weijden soms iets weg van wat een filmregisseur doet. ‘Die schiet op basis van het plot eerst al het ruwe materiaal en bepaalt vervolgens per scene hoe hij de kijker het beste door zijn verhaal kan meenemen en wat hij daarvoor nog meer nodig heeft. Wij moeten de clue van het verhaal alleen niet verborgen houden tot het eind en kunnen onze fantasie niet de vrije loop laten. Op je geloofwaardigheid moet je heel zuinig zijn; die kan je maar één keer kwijtraken. Ook bij ingewikkelde feitelijke materie waarop je zelf soms maanden hebt zitten studeren, moet de rechter het stuk idealiter met één keer lezen kunnen begrijpen én overtuigd zijn van het ingenomen standpunt. Storytelling kan daarbij behulpzaam zijn.’ Een rechterlijk oordeel is een menselijk oordeel, zegt Van der Weijden. ‘De rechter beoordeelt een zaak aan de hand van de juridische relevante feiten en omstandigheden, maar zal (onbewust) ook andere omstandigheden meewegen. Dat zal lang niet altijd doorslaggevend zijn, maar als je er geen gebruik van maakt, mis je wel een kans. In de praktijk worden bij negen van de tien zittingen partijen de gang op gestuurd om te proberen tot een schikking te komen. Wanneer een partij juridisch niet het sterkste verhaal heeft, maar misschien wel een sympathiek verhaal, dan zal de rechter soms meer geneigd zijn partijen een duwtje in een bepaalde richting te geven.’ Cassatieadvocaat Vivien Rorsch (LaRorsch, Leiden) erkent dat, maar bestempelt storytelling niettemin als een modegril. Iedere advocaat moet volgens haar een goed verhaal kunnen vertellen. ‘Dat is 95 procent van het vak. Ik zie storytelling als het verplaatsen in de lezer. Welke informatie heeft de lezer nodig om je standpunt te begrijpen? Daar kun je natuurlijk bepaalde technieken voor toepassen.’ Rorsch heeft die technieken in een eigen cursus gegoten waarmee ze advocaten helpt overtuigende processtukken te schrijven. De inleiding is volgens haar het belangrijkst. ‘Daarin staan de feiten en de rechtsvraag en daarmee kun je het debat veranderen.’ Slim gebruikmaken van subkoppen is een tweede tip. ‘Ik zie bijvoorbeeld vaak als subkop “onrechtmatige daad” staan. Maar wanneer je schrijft “het kelderluik is opengezet”, vertel je het verhaal eigenlijk al met inhoudsopgave en subkop. Neem afstand van juridische termen en gebruik geen containerbegrippen. Laat mensen het begrijpen op hun niveau. Vertel aan de hand van feiten je verhaal. De rechter verbindt daar vervolgens zelf wel de conclusie aan dat er sprake is van dwaling.’ Haar derde tip is goed na te denken over waar welk argument wordt neergezet. ‘Begin met een belangrijk punt en eindig met een belangrijk punt. Dubieuze punten probeer ik altijd een beetje in het midden te plaatsen. Behandel ze wel. Het is gevaarlijk als je iets niet benoemt, maar leg er niet de nadruk op.’ POËZIE Rorsch benoemt ook twee valkuilen. De eerste is de vloek van kennis. ‘Wanneer je vol in het dossier zit, neem je snel bepaalde dingen aan en vergeet je dat te vertellen. Laat je stuk daarom altijd aan een niet-jurist lezen om te zien of het begrijpelijk is.’ De tweede valkuil is volledigheid. Rorsch’ ervaring is dat advocaten het moeilijk en eng vinden om te kiezen. ‘Dat zag je ook aan de weerstand die er was toen er een paginabeperking werd gesteld aan de memorie van grieven. Veel advocaten schoten in de stress, want dan moet je kiezen. Maar bij elk verhaal moet je kiezen. Je kunt nooit alles opschrijven.’ Als voorbeeld noemt Rorsch processtukken waarbij alles in chronologische volgorde wordt verteld en waarbij ook alle data worden genoemd. ‘Al die data zijn vaak helemaal niet belangrijk. Zo kun je, door volledig te zijn, de lezer juist op het verkeerde pad zetten. Laat de dingen die overbodig zijn weg. Vind daar een balans in.’ Denk goed na wanneer je in- en wanneer je uitzoomt en wat je vertelt over je personages, is haar devies. ‘Vertel niet te veel details. Dan gaat de lezer dat interpreteren als iets belangrijks. Je moet ook evenwicht vinden in welke menselijke aspecten je belicht. Rechters willen een objectief oordeel geven en niet het gevoel hebben gemanipuleerd te worden. Dus je moet het heel subtiel doen.’ Dichter Van Eijken beaamt dat het gaat om het vinden van de juiste balans. Zij drukt advocaten op het hart om ook eens een poëtische houding aan te nemen. ‘Dat zorgt voor contrast, meer compassie, toewijding en openheid.’ Dat kunnen advocaten volgens haar trainen door het lezen van poëzie. ‘In poëzie telt iedere letter en iedere interpunctie. Het traint je in dat hele technische. Tegelijkertijd is poëzie vaak heel open. Dichter Ellen Deckwitz vergeleek het ooit met die kralenkettingen die je voor deuren hangt om vliegen buiten te houden. Als je er heel dicht bij staat, kun je er goed doorheen kijken. Van een afstandje juist minder goed. Dat is wat poëzie is. Soms overzie je het goed, soms is het wat verder weg, maar nog steeds mooi. Durf die houding eens aan te nemen ten aanzien van een processtuk of pleitnota. Dat is heel leerzaam.’ Neem contact op via sociaal@andri.ai www.andri.ai * Bron: ‘Balie in beeld 2025’, Advocatenblad nr. 2, Nederlandse Orde van Advocaten De druk op sociaal advocaten is enorm. De uitstroom is zorgwekkend, de werkdruk stijgt, en het systeem piept en kraakt. Er is een forse afname van 9% zichtbaar in het aantal sociaal advocaten.* Toch blijft u staan. Voor uw cliënten. Voor het recht. Bij Andri.ai geloven we dat sociaal advocaten meer verdienen dan alleen waardering - ze verdienen slimme tools die écht helpen. Ruim een jaar ontwikkelden wij, samen met senior advocaten, een juridisch AI-platform, gebouwd voor de praktijk, getest in de praktijk. Geen theorie, geen hype, geen mooie praatjes. Gewoon getest in de echte praktijk. Meer dan 30 zaken zijn inmiddels succesvol ondersteund - met aantoonbare impact voor cliënten én kantoren. U kunt het vandaag nog zelf ervaren. Onze DLS-workflows begrijpen de context van uw zaak en genereren processtukken in minuten in plaats van uren - volledig voorbereid, zodat u alleen nog zorgt voor de persoonlijke afstemming. Onze AI begrijpt waar u aan werkt. Elke vraag triggert diep juridisch onderzoek, met transparante redenering, beïnvloedbare argumentatie en herleidbare bronnen. Het resultaat? Antwoorden die kloppen, passen en onderbouwd zijn - gebouwd op kwaliteit, niet kwantiteit. Met onze rechtszaaksimulatie bereidt u zich optimaal voor op zittingen. Daarnaast ontdekt u via backward reasoning meerdere strategische inzichten vooraf - inzichten die u anders pas in de rechtszaal zou krijgen. Actiedeelname Voor de eerste 50 sociaal advocaten die contact met ons opnemen, stellen we Andri.ai beschikbaar met extra ondersteuning - om direct verlichting te bieden in uw praktijk. Andri.ai – Voor de sociaal advocaat die blijft staan Andri.ai – voor de sociaal advocaat die blijft staan Gebouwd voor de praktijk, getest in de praktijk.
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=