Mijn buitenleven Buitenstate Magazine 2024 | 2025 De nazaten van Boer Bikker Tot zijn dood rond 1950 woont een boer in de boerderij. Hij is vrijgezel en heeft geen familie die hem wil opvolgen. “Hij is heel traditioneel in de kist op een platbodem naar het dorp gevaren en daar begraven”, vertelt Marinda. Een adellijke familie uit Den Haag koopt de boerderij. Als zomerhuis. Zij restaureren de hele boerderij. Zetten flink het mes in het woongedeelte en de koeienstal. Nadien volgen meerdere bewoners die elk iets toevoegen of afbreken. En dan gaat de deur open voor Andries en Marinda. “We hoeven eigenlijk alleen maar onze eigen meubels in het huis te plaatsen.” B&B Ze besluiten tot ietsje anders. Marinda is juf. Zij geeft een dag per week les aan groep vijf en aan een klasje hoogbegaafde kinderen, en begeleidt andere leerlingen één op één. Andries heeft twee bedrijven. Een keukenzaak en een interieurbouwbedrijf in Ridderkerk en Gorkum. Hij verkoopt beide om iets nieuws te beginnen. Daarvoor blijkt de boerderij ideaal. Een woonoppervlak van 400 vierkante meter en een lap grond van 4500 vierkante meter is voor hun tweetjes te groot. Maar wel ideaal om deels te verhuren. Voor vergadersessies en als B&B. Een kamer vind je op de voormalige hooizolder. Omdat één volgens Andries geen is, besluit hij direct ook de schuur op het erf B&B-klaar te maken. Sequoia Aan de voorkant van het huis, oorspronkelijke de achterkant, staat een rijtje lindebomen, zoals je die bij meer Alblasserwaardse boerderijen ziet. Nieuw in de streek is de uitheemse Sequoiaboom. Aangeplant door de Haagse familie die het huis bewoonde. Moet je eens kijken tot wat voor volle grandeur die binnen 70 jaar is gekomen. In zijn natuurlijke habitat in Californië kan die boom uitgroeien tot een joekel van 100 meter. In ons land steekt die niet verder dan 50 meter omhoog, en zeker, dat is nog een aanzienlijk maatje. Grasmaaiers uit Bretagne In de tuin grazen vijf Ouessant-schapen, vernoemd naar het gelijknamige eiland voor de kust van Bretagne. Het zijn de kleinste schapen ter wereld. Andries: “Wij moesten zelf elke week meer dan vijf uur grasmaaien. Deze schapen eten alles heel kort, en ze eten flink, de hele dag door, zonder veel te poepen. Dat maakt ze tot de beste grasmaaiers.” De minischapen zijn tam en rustig. Niet vreemd als je weet dat ze zoveel eten. Ook fijn: ze kunnen het hele jaar buiten blijven. Sterker, de Nederlandse temperatuur en sappige weiden, het is voor hen echt genieten, omdat ze de barre wind en schrale grond van Ouessant zijn gewend. Ze krijgen geregeld een nieuw stuk van de tuin. Soms ook staan ze op het eiland, als dat Bretonse grasmachines kan gebruiken. Marinda: “Ze wegen amper acht kilo, je tilt ze zo op van ene plek naar de andere. Door hun gewicht trappen ze niet de hele grond kapot.” Donk Vanaf het eilandje aan de achterkant zie je dat de boerderij in 1650 op een donk is gebouwd. Een zandheuvel. Anders krijgen de bewoners in het dan drassige gebied natte voeten. Het eilandje is niet op een natuurlijke wijze ontstaan, zegt Andries, terwijl hij wijst naar de loop van de Kromme Giessen. Dat riviertje meandert verderop dood tegen een gemaal, waarna het overgaat in de Giessen, die na veel kronkelingen uitkomt in De Merwede. De Kromme Giessen heeft nog steeds een functie. “Het gemaal pompt het water in en uit de polder zodat de waterstand via de Kromme Giessen op peil kan blijven.” Het is dus geen riviertje voor alleen recreatieplezier. Wel eentje om urenlang naar te kijken. Niet schrikken als er wel ineens een kano voorbijkomt. Want zo’n schilderij, ja, daar wil toch iedereen doorheen varen. 19 buitenstate.nl
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=