Bescherming in beweging Utrecht-West

95 94 slechts in uitzonderlijke gevallen ingezet. In 2022 en 2023 zijn de andere 3 gemeenten in de regio dezelfde verandering gaan doorvoeren, ieder in eigen tempo, dat met name werd bepaald door de situatie in het lokale team. Voor de gecertificeerde instellingen was (is) dit een praktische uitdaging. SAVE-begeleiding werd minder vaak ingezet, maar soms werd er vanwege de lokale situatie weer vaker een beroep op de gecertificeerde instelling gedaan. De samenwerking van alle organisaties in Bescherming in beweging heeft hierbij geholpen om dit proces van verandering overwegend positief en zonder grote schokgolven te laten verlopen. Dat is vooral te danken aan het investeren in de gezamenlijk gedragen visie dat het accent van de hulp moet verschuiven naar het lokale team en andere vormen van hulp en steun in de eigen omgeving. Hierbij was een ander probleem, te weten de onderbezetting van personeel bij de gecertificeerde instellingen overigens een meewerkende factor. De gecertificeerde instellingen hadden en hebben iedere medewerker hard nodig bij het goed uitvoeren van de maatregelen van kinderbescherming en jeugdreclassering. Eind 2023 is het aantal gezinnen dat SAVE-begeleiding krijgt in de hele regio sterk afgenomen. We merken hierbij op dat de afname van ‘drang’-trajecten door de gecertificeerde instellingen een bredere trend is in het land. Dat zien we als een bevestiging dat veranderingen in de maatschappelijke opvattingen grote invloed hebben op de praktijk van en de volumes in de jeugdzorg. Bescherming in beweging is hier een van de trendzetters; het is niet uniek en er is geen geheime formule om deze veranderingen te realiseren. Het is een kwestie van een heldere visie en vooral van het consequent vertalen van die visie naar de routing van de gezinnen in de praktijk. ‘Overdragen aan’ wordt ‘in kennis stellen van’ Vanaf 1 maart 2023 stuurt Veilig Thuis Utrecht een andere brief naar het lokale team en naar de gemelde gezinsleden. In de nieuwe brief staat niet meer het woord ‘overdragen’. Er staat dat Veilig Thuis het lokale team ‘in kennis stelt’ van de melding. Deze kleine verandering in een standaardbrief staat voor een verschuiving in de frames. De oude praktijk paste in het veiligheidsframe, want daarbij is er altijd iemand ‘verantwoordelijk voor de veiligheid’. Het Handelingsprotocol impliceert dat Veilig Thuis ‘de verantwoordelijkheid voor de veiligheid’ of voor het herstel van de veiligheid ‘overdraagt’ aan het lokale team. Veilig Thuis vraagt aan het lokale team om een veiligheidsplan te maken met het gezin en om terug te rapporteren aan Veilig Thuis in het geval dit niet goed werkt. Voorts kan Veilig Thuis de zaak sluiten, of besluiten om na bijvoorbeeld 3 maanden een opvolgingsactie uit te voeren. Deze landelijk gehanteerde werkwijze riep bezwaren op. Veel medewerkers van lokale teams voelden ‘verantwoordelijk voor de veiligheid’ als een zware last en wisten niet hoe daarmee om te gaan. Dat kwam mede doordat veel meldingen – onder meer de politiemeldingen – met weinig concrete informatie doorkwamen en er als regel geen mondelinge overdracht plaatsvond. Door de grote stroom meldingen ging er doorgaans wel enige tijd overheen voordat de melding bij het lokale team kwam. Voor de gezinnen was lang niet altijd duidelijk vanuit welke positie het lokale team contact met hen opnam en met welke maatregelen zij als gezin(slid) te maken konden krijgen. Voor Veilig Thuis was het doorzetten van de meldingen naar het lokale team in zoverre een noodzaak, dat Veilig Thuis niet de menskracht heeft om iedere melding zelf diepgaand te onderzoeken. Voor de medewerkers van Veilig Thuis was de oude praktijk niet ideaal, zeker niet omdat er te vaak ‘gedoe’ ontstond met het lokale team over wie wanneer op welke manier ‘verantwoordelijk voor de veiligheid’ was.

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=