42 43 In deze grondslag zit spanning tussen de verantwoordelijkheid en de vrijheid van de ouders, de voorkeur voor vrijwillige ondersteuning en zorg (het tweede punt) en de bevoegdheid en de plicht van de overheid om in voorkomende gevallen in te grijpen. 2.1.2 De democratische rechtsstaat De democratische rechtsstaat stelt eisen aan het handelen en de beslissingen van de overheid en van iedere instantie met bevoegdheden. Deze eisen zijn eveneens vastgelegd in internationale verdragen, de Nederlandse wet en in het overheidsbeleid. Een belangrijk internationaal verdrag is het Europees Verdrag inzake de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). Als de Nederlandse overheid zich niet aan dit verdrag houdt kunnen burgers (uiteindelijk) een klacht indienen bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg. Essentiële eisen van de rechtsstaat zijn onder meer: instanties mogen alleen ingrijpen op basis van de wet instanties met bevoegdheden moeten gecontroleerd worden en moeten aan kwaliteitseisen voldoen deze instanties vallen onder de verantwoordelijkheid van een democratisch gekozen bestuur (dat kan zijn het rijk, de provincie of de gemeente)10 ingrijpende beslissingen moeten worden genomen door de rechter de burgers hebben voldoende mogelijkheden om zich tegen handelingen of beslissingen van instanties te verzetten Het laatste punt – de mogelijkheden van de burgers om zich tegen handelingen of beslissingen te verzetten – wordt rechtsbescher10 Een regio kan ook, maar dan moeten de gemeentebesturen gezamenlijk verantwoordelijk zijn en moet duidelijk zijn op welke manier de kiezers indirect invloed kunnen uitoefenen. ming genoemd. Als een overheidsinstantie een besluit neemt, moet de burger bijvoorbeeld beroep en bezwaar kunnen aantekenen en vervolgens het verschil van mening kunnen voorleggen aan de rechter. Als de rechter een beslissing neemt, heeft de burger de mogelijkheid om hoger beroep in te stellen. Daarnaast passen ook de diverse cliëntenrechten bij dit onderwerp: het recht om een klacht in te dienen, het recht op inzage en correctie, het recht op contraexpertise, etc. Deze eisen van de rechtsstaat zijn er om te voorkómen dat de overheid ontspoort en dat de macht van de overheid tegen in plaats van vóór de burger gebruikt wordt. Dat gaat zeker niet alleen om het risico van frauduleuze of kwaadwillende ambtenaren of corrupte instanties. Al deze eisen komen voort uit het besef en de ervaring dat de overheid het niet altijd beter weet dan de mensen, dat in de werkelijkheid veel informatie onzeker is, dat er verschillende manieren zijn om een situatie te beoordelen en dat ingrijpen om een kind te beschermen niet altijd leidt tot verbetering voor het kind. 2.1.3 Beleid en uitvoering Volgens de logica van de rechtsstaat is er een hiërarchie van beleid naar uitvoering. De landelijke politiek maakt nieuwe wetten en daarbinnen bepalen politici in het land en in de gemeenten het beleid. Het beleid moet vervolgens worden uitgevoerd door instanties en uiteindelijk door de beroepskrachten die contact hebben met de inwoners. Er is echter een grote afstand tussen algemene wettelijke regels en algemeen geformuleerd beleid aan de ene kant en het werk van de beroepskrachten met inwoners en gezinnen aan de andere kant. Voor de beroepskracht begint het niet bij de wet of het beleid; het begint met een vraag van een inwoner, of met een melding over een opvoedingssituatie. De variatie in opvoedingssituaties, vragen
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=