110 111 in een acuut gevaarlijke situatie direct wordt ingegrepen en anderzijds een te ruim gebruik van deze route moet worden vermeden. Een spoedonderzoek door de Raad en (vooral) spoedmaatregelen van kinderbescherming zijn voor een gezin zeer ingrijpend, waarbij door de korte tijd de rechtsbescherming onder druk staat. Het horen van de ouders en het kind door de rechter is soms pas mogelijk ná de eerste voorlopige uitspraak en dat is uiteraard vanuit oogpunt van rechtsbescherming ongewenst. Tegen deze achtergrond is in 2023 in Utrecht-West een (sub)werkgroep Spoedverzoeken aan de Raad ingesteld. Deze werkgroep heeft in oktober 2023 verslag uitgebracht met aanbevelingen. Deze aanbevelingen worden in 2024 ingevoerd. De werkgroep constateert dat de route en de samenwerkingsafspraken bij spoedvragen helder zijn en geen aanpassingen behoeven. Gezamenlijk huisbezoek De werkgroep vindt de afstand tussen een gewone JBT en een spoedverzoek te groot. Regelmatig zijn er situaties waarbij het lokale team of Veilig Thuis vinden dat een JBT niet kan worden afgewacht, maar het onduidelijk is of een spoedmaatregel noodzakelijk is. De werkgroep adviseert de mogelijkheid van een gezamenlijk huisbezoek van de aanvrager en een medewerker van de Raad binnen enkele dagen. De werkgroep realiseert zich dat dit uitwerkingsvragen meebrengt. Praktisch gezien vereist dit flexibiliteit in de agenda’s van de medewerkers. Inhoudelijk zijn er vragen over de positie van de Raadsonderzoeker in een dergelijk huisbezoek. Kan de Raadsonderzoeker ter plekke besluiten tot het wel of niet starten van een Raadsonderzoek? Wordt deze persoon dan ook de onderzoeker? Het past in een proeftuin om hiermee ervaring te gaan opdoen en te leren van die ervaringen. De potentiële winst is dat er minder achteraf gezien onnodige spoedverzoeken komen. Weging vooraf De huidige afspraken zijn goed, maar de werkgroep adviseert de lokale teams en Veilig Thuis om blijvend aandacht te besteden aan de oordeels- en besluitvorming ten aanzien van een spoedverzoek met de volgende stappen: Het lokale team/ VT maakt een grondige analyse van de opvoedsituatie met daarin de visie van de gezinsleden en andere betrokkenen, de feiten, de weging van de krachten en zorgen en de argumenten voor spoed. Het lokale team/ VT neemt telefonisch contact op met de Raad en bespreekt de vraag om een spoedonderzoek. Als uit dit overleg stappen gekomen zijn die het lokale team/ VT nog moet nemen, dan wordt dit op zo kort mogelijke termijn uitgevoerd. Denk aan het spreken van een van de ouders, het kind of een informant, of aan het vragen naar mogelijke oplossingen door het netwerk van het gezin. Daarna vindt wederom telefonisch overleg plaats met de Raad. Dit kan leiden tot de afspraak dat er een formeel verzoek tot spoedonderzoek wordt ingediend, of tot opnieuw een tussenstap. Formeel verzoek aan de Raad om een spoedonderzoek in te stellen. Een punt van aandacht en overleg is de mogelijkheid dat de taxatie door de Raadsmedewerker bij het tweede contact anders is dan bij het eerste telefonisch overleg. Dat kan ontstaan door de extra informatie die er dan inmiddels is, of door een verandering in het gezin – in een crisis nemen gezinnen zelf ook vaak allerlei stappen. Als het tweede overleg op een andere dag plaatsvindt dan het eerste overleg, dan kan er een andere raadsonderzoeker beschikbaar zijn en ook dat kan van invloed zijn op het overleg. Voor het lokale team/ Veilig Thuis is dit een lastig gegeven. Van de Raadsmedewerker mag verwacht worden dat zij rekening houdt met de
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=