Bescherming in beweging Utrecht-West

106 107 De gecertificeerde instelling zorgt ervoor dat het lokale team betrokken wordt bij de toetsing, zodat de overdracht van de hulpverlening goed verloopt. De aanvrager en de raadsonderzoeker bespreken welke informatie aangeleverd moet worden bij de Raad ter voorbereiding op het gesprek. Ook dit gebeurt op maat. Er zijn wel algemene richtlijnen, zie bijlage Wat heeft de Raad voor de Kinderbescherming nodig in een VTO. Een JBT met alle betrokkenen kan alleen plaatsvinden met toestemming van de ouders. Als die toestemming ontbreekt, kan wel een verzoek tot onderzoek gedaan worden en dan spreekt de Raad de gezinsleden zonder aanwezigheid van andere betrokkenen. De aanvrager moet de ouders en jeugdigen vanaf 12 jaar vertellen dat de Raad voor de Kinderbescherming ambtshalve een raadsonderzoek kan starten wanneer hij tijdens een JBT daartoe aanleiding ziet. Drie varianten JBT Het is van belang dat dat bij de aanvraag voor een Jeugdbeschermingstafel helder is met welk doel deze wordt georganiseerd. We onderscheiden drie verschillende doelen, welke hieronder toegelicht worden: verzoek tot Bespreking (VTB) verzoek tot Onderzoek (VTO) verzoek tot Toetsing (VTT) Verzoek tot Bespreking Doel: de (on)mogelijkheden van hulp in het vrijwillig kader in kaart brengen. Deze JBT kan worden gevraagd als de aanvrager twijfelt of vrijwillige hulpverlening toereikend is en advies wil van de Raad voor de Kinderbescherming. Bij de JBT wordt in een gesprek met de aanvrager, het gezin, andere betrokkenen en de raadsmedewerker onderzocht welke kansen er nog zijn om een kinderbeschermingsmaatregel te voorkomen. De Raad voor de Kinderbescherming gaat met de ouders en betrokken hulpverleners in op de vraag of er nog mogelijkheden in het vrijwillig kader zijn om het gezin te helpen. De Raad voor de Kinderbescherming bespreekt met de ouders en de aanvrager wat er nodig is om de zorgen op te heffen. Aan het eind van het gesprek worden afspraken gemaakt. Wanneer blijkt dat hulp in het vrijwillig kader onvoldoende oplevert, kan de aanvrager alsnog een verzoek tot onderzoek overwegen. De Raad voor de Kinderbescherming schat altijd in of er aanleiding is voor een raadsonderzoek. Verzoek tot Onderzoek Doel: bepalen of een raadsonderzoek nodig is. Bij deze JBT wordt in een gesprek met de aanvrager, het gezin, de betrokkenen en de raadsonderzoeker besloten of een raadsonderzoek gestart wordt. Tijdens de JBT stelt de Raad voor de Kinderbescherming op basis van het concept VTO en van het gesprek vast of er inderdaad gronden zijn voor een raadsonderzoek. In een raadsonderzoek wordt de noodzaak van een ondertoezichtstelling onderzocht. De informatie die aan de JBT besproken wordt, wordt direct benut als start van het raadsonderzoek. Als de informatie onvolledig is, wordt de aanvrager verzocht dit aan te vullen. Hoe completer de informatie voor de JBT wordt aangeleverd, hoe groter dan ook de kans dat het onderzoek direct na de JBT gestart wordt. Wanneer niet aan de gronden voor een maatregel wordt voldaan, wijst de Raad voor de Kinderbescherming het verzoek

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=