Tijdschrift voor Begeleidingskunde

28 TIJDSCHRIFT VOOR BEGELEIDINGSKUNDE ONTMOETING studenten kunnen oefenen. Binnen het oefenend behandelen en het afstemmen op de geestelijke wereld worden de innerlijke zintuigen van de student gevoeliger. Handen kan je vergelijken met antennes: prikkelingen, tintelingen, kou, warmte en dergelijke sensaties zijn voelbaar in de handen. De student leert deze sensaties steeds verfijnder waar te nemen. Soms komen er geestelijke indrukken of andere lichamelijke sensaties op tijdens het behandelen. Ook daar leert de student acht op te slaan. Binnen het onderwijs wordt medische en psychosociale basiskennis behandeld, zodat studenten de reguliere kennis op die vlakken tot zich nemen. “Rode vlaggen” moeten goed onderscheiden kunnen worden. De student leert er alert op te zijn wanneer de cliënt doorverwezen moet worden naar een regulier werkende hulpverlener, zoals een arts of psycholoog.’ Tegenwoordig is er veel aandacht voor het lichaamsgerichte in begeleidingskunde, zoals voor ademhaling. Hoe kijk jij daar tegenaan? Maakt het uit welke lichaamsgerichte benadering of begeleidingskundige je kiest? ‘Het is belangrijk dat het lichaam binnen bepaalde vormen van begeleiding betrokken wordt. Geest en lichaam interacteren. Ik geloof dat veel ziektes psychosomatisch ontstaan en dat negatieve gedachten gifstoffen aan je lichaam kunnen afgeven. Positieve gedachten kunnen helend zijn voor je lichaam. Door het lichaam bij de begeleiding te betrekken, open je een persoonlijk ervaringsveld dat zeer bevorderend kan zijn voor de genezing. is geen uniforme werkwijze, elke therapeut heeft zijn eigen benadering en technieken, waaronder touch for health, healing touch, spiritual healing, vormen van chakrabehandelingen, reiki, Quantum-Touch, vormen van handoplegging, intuïtieve energetische behandelingen en pranic healing. Gemeenschappelijk aan deze technieken is de overtuiging dat er in het onzienlijke energieën zijn, die men kan aanwenden ter heling. En dat er kanalen zijn waarlangs die energie kan stromen.’ Je geeft ook les aan energetisch begeleidingskundigen. Wat is de theoretische achtergrond en de didactische aanpak in je onderwijs? ‘Ik maak onder andere gebruik van het boek van Harry Edwards over spiritual healing. Dit boek besteedt aandacht aan allerlei behandelvormen om genezende kracht over te brengen. Het opvallende van Edwards is dat hij op een haast wetenschappelijke wijze hierover spreekt. Ik houd van zijn stijl, niet zweverig maar nuchter. Hij spreekt daarnaast over de spirit mind, om onderscheid te maken met het dagdagelijks bewustzijn. De spirit mind kan werken als dat alledaagse bewustzijn sluimert. In het onderwijs leer ik cursisten open te staan voor de geestelijk-spirituele dimensie. De energetisch therapeut dient daarbij als het instrument om kracht door te geven. De helende kracht komt dus niet van de therapeut zelf. Welke krachten precies doorgegeven worden en hoeveel, daar gaat hij niet over. Binnen de praktijkvakken is het van belang dat Er bestaan onzienbare energieën die we kunnen aan- wenden voor heling

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=