KENNIS EN KUNDE 2024 - WWW.TSVB.NL 17 werkvloer – en vertaalt hij zijn existentiële hoogtevrees in vergeefse zelfverzekerdheid, in hoogmoed die hij vormgeeft in adviezen, handelingsprogramma’s, verandervoorstellen, protocollen, enzovoort. Hoe zit het intussen met ons, de schrijvers van dit artikel? Gaan wij ons niet te buiten aan hoogmoedige filosofische speculaties? In ieder geval roepen wij iedere indirecte functionaris – dus ook onszelf – op om veilige vanzelfsprekendheden achter zich te laten en na te denken over wat er echt aan de hand is. HOOG EN LAAG IN TAAL GEVAT Al die experts, adviseurs en rapportenschrijvers leven van en door taal. Met hun uitgangspunten, adviezen, waarschuwingen, beleidsnota’s, oplossingen en coachtrajecten trekken zij de nodige aandacht naar zich toe, in organisaties, bedrijven en de media. Zodoende ontstaat het beeld van de gewone man op de werkvloer. Doorgaans gebeurt dit niet met kwade bedoelingen, maar per ongeluk of uit gewoonte. Dan nog getuigt het van grotendeels onbewust ingeslepen taalgebruik, taal met een zekere performativiteit: ik mag over hem spreken als een klant, als een gewone man. Deze woorden scheppen een ongelijke verhouding, waarbij de ‘ik’ zich boven de ‘ander’ verheft. Zelfs zonder dat zo te bedoelen of door te hebben dat we allemaal deel uitmaken van een onzichtbare ordening; een ordening waarvan we ons niet bewust zijn, zoals vissen niet weten dat ze in water zwemmen. Dit effect wordt nog versterkt door de wens om te helpen – of daar nu om gevraagd wordt of niet. Vooral hulpverleners, therapeuten en professionele begeleiders menen daar patent op te hebben. De kaart aan gemakzuchtige vooronderstellingen op. Typerend is de metafoor van de tekenbordaanpak, die sterk leunt op abstracte, algemene kennis. Algemene kennis, de zogeheten helikopterview, brengt de neiging tot een universele benadering van reële werk- of levensproblemen met zich mee, ongeacht welk werkterrein en welk niveau het betreft. Wie zo denkt, past dergelijke nietszeggende abstracties al snel toe op onderling steeds verschillende mensen in onderling steeds wisselende omstandigheden, alsof het handschoenen zijn die naadloos op iedere hand passen. Zo ontlokt de indirecte functionaris aan zijn clientèle passende vragen bij de antwoorden die hij al klaar heeft liggen. Zo vindt hij altijd wat hij zoekt. Wat ligt daar onder? Zelfbedrog en hoogmoed. In haar studie over het ‘verlaten individu’ schetst psychiater Esther van Fenema de contouren van een van alle betekenis en transcendentie verstoken leegte, waarin op zichzelf teruggeworpen individuen eenzaam ronddolen. Daar gaan velen aan ten onder, maar er zijn ook mensen die er wonderwel in lijken te slagen ermee om te gaan. Zij claimen namelijk, zoals Van Fenema (2022) stelt, ‘hooghartig overal recht op en gaan wereld en werkelijkheid te lijf alsof alles maakbaar is’ (Van Fenema, in De Roos, 2023b, p. 30). Zij lijden aan de leegte, maar wanen zich tegelijkertijd aan God gelijk. In wezen zijn zij onmachtige eenlingen. Met hun innerlijke gespletenheid doen zij denken aan Nietzsches ‘laatste mens’ die gekenmerkt wordt door mentale oppervlakkigheid. Deze eenzame figuur verliest zichzelf in vanzelfsprekendheden en herhaalt dat verlies in zijn maatschappelijk en professioneel functioneren. Zo schept hij zich de hoogmoedige illusie dat hij zichzelf en anderen kan beheersen. Het ontbreekt hem echter aan een ‘wil’ die echt kan scheppen (Wolbink, 2012. p. 78). Op de vlucht voor horror vacui verwijdert hij zich van de werkelijkheid – bijvoorbeeld van mensen op de Aan verborgen, vaak onbewuste hoogmoed valt maar moeilijk te ontkomen
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=